Kiezen voor morgen. Geen parodie op de soap, maar de ‘ belichaming’ van de nieuwe koers die het ziekenhuis heeft ingezet. Deels onder de dwang van onze financiële tekorten, maar à la. Al in het najaar van 2005 werd bijvoorbeeld een, ik citeer nu, ‘bevlogen werkconferentie’ gehouden over het waardegedreven leiderschap. Pardon? zult u nu vragen. Ter verduidelijking dan: competentiemanagement. Oh, ach so….

Vooral bij het middenkader is competentiemanagement een veelgehoorde kreet. Maar weet de werkvloer wat het inhoudt? Dat er überhaupt beleid op is uitgezet? Toevallig zijn er wel vier ziekenhuisbrede competenties vastgesteld voor alle medewerkers. Kent u ze? De leidinggevenden kregen er zelfs nog twee extra. Al iets van ervaren? Bent u zich ervan bewust dat u klantgericht en integer moet zijn? En dat u bovendien uzelf moet kunnen managen en prettig moet kunnen samenwerken met uw collega’s? Bespeurde u bovendien reeds een duidelijke toename in waardegedrevenheid bij uw leidinggevende?Onbekend maakt onbemind. Dat is mensen eigen. Jammer.

Laten we nu eens kijken waar het precies om gaat. Competentiemanagement is sturen op basis van het (gewenste) gedrag van je personeel. De leidinggevende moet dus mensen selecteren die voldoen aan de eerder genoemde criteria. En bijscholing of coaching verzorgen om het huidige personeelsbestand tot grotere hoogten te brengen. Leidraad: de bij het personeel zélf vaak onbekende competenties. Als ik dat zo beluister, hebben we het wiel opnieuw uitgevonden. Of selecteerden we in het verleden soms kandidaten die klantonvriendelijk, achterbaks en ruziezoekerig waren? Bovendien zou het voor de werkvloer waarschijnlijk motiverender zijn als duidelijk was, dat we ‘samen’ ergens naartoe werken.

Bij competentiemanagement snijdt het mes in ieder geval aan beide kanten. De functie wordt op de best mogelijke manier ingevuld en de functionaris zal zich meer op zijn plek voelen en daardoor een stapje harder lopen en zich verder ontwikkelen. In theorie. Maar een medewerker is geen machine. Het verwerven van de competenties kost tijd. Bovendien valt een ondernemende, pro-actieve houding niet af te dwingen. Net zomin als een klantgerichte houding of resultaatgericht functioneren. Zeker niet als stress de kop opsteekt.

De mate van vernieuwing in dit concept doet mij niet stijl achterover slaan. Wel dwingt het ons (opnieuw) bewust te kijken naar de manier waarop we in ons werk staan en waarop we ons presenteren. Dat valt wellicht in de categorie ‘open deur intrappen’, maar die open deur is vaak wel een waarheid als een koe. Ik maak u vannacht dus wakker. En dan dreunt u het even voor me op: ‘Mijn leidinggevende verwacht EN klantgerichtheid EN integriteit EN zelfmanagement EN vermogen tot samenwerken van ons. En dat is terecht!’ Niet vergeten!