AstersWetenschappelijk bewijs ontbreekt vooralsnog, maar ik vermoed genetische verwantschap tussen de herfstaster en de pepernoot: beide zijn nooit te beroerd om vroegtijdig hun opwachting te maken. Wat doen die noten nu al in de schappen en waarom doet die plant zijn naam geen eer aan? Ik kan die eigengereidheid moeilijk verkroppen en heb bovendien ernstige persoonlijke hinder van beide verschijnselen. De pepernoot verleidt mij tot overmatige consumptie, terwijl ik het vreetmonster na jaren sukkelen eindelijk de kop in heb gedrukt. En de herfstaster woekert zo grenzeloos in mijn tuin dat geen enkele andere plant nog weet te overleven. Vooral mijn teerbeminde lavendeltjes leiden een kwijnend bestaan. Ik heb daarom besloten tot een asterslachting die zijn weerga niet kent. De tuin haalt inmiddels opgelucht adem, maar ik hoor de asters gieren van het lachen en ze zingen er ook nog bij: ‘Wij zullen dóórgaan …’. Had Ramses Shaffy dat nummer maar nooit geschreven.