Mijn lief is op de centen. Zeer op de centen. Geld zat op de rekening om twee keer per jaar bij de kapper op strategische punten wat highlights te laten aanbrengen, maar sinds hij per abuis de rekeningafschriften doornam, is de schrik hem om het hart geslagen. Dat moest goedkoper kunnen.

Braaf toog ik dus richting een goedkopere drogisterij en haalde van een betrouwbaar merk een doe-het-zelf pakket. Weken stond het veilig op het aanrecht. Als een baken voor mijn angst. Die niet ongegrond bleek.

Na een veel te korte nacht brak op een gegeven moment 1e paasdag aan en dat blijkt dan toch zo’n verloren dag waarop je om elf uur ‘s ochtends al danig misselijk bent van de chocolade eieren en de nachtbrakerij, dat je net zo goed in je zombietoestand aan de tafel kunt gaan hangen, terwijl voornoemde centennaaier de substantie in de haren aanbrengt.

Ik had, naar later bleek té beknopt, instructies gegeven over de te volgen koers: smurrie mengen en vervolgens met de punt van een kam streepjes aanbrengen. Kind kan de was doen. Zoals gezegd was mijn hoofd niet helemaal helder en in een waas ging de tijd voorbij tot de ‘thuiskapper’ meedeelde dat het volbracht was. Keurig wachtte moeder de 40 minuten inwerktijd af en ging vervolgens richting bovenverdieping om uit te spoelen en het resultaat in ogenschouw te nemen.

Toen ik me weer oprichtte bij de wasbak en met verwachtingsvolle blik naar mijn lentecoupe keek, keek ik recht in het gezicht van een bekend politicus die zich recentelijk heeft afgesplitst van zijn partij. Dit waren geen highlights meer. Ik gaf licht! De liefde van mijn leven had in zijn krenterigheid de complete verpakking highlightprut in mijn haar gesmeerd. Er was tenslotte voor een volledig pakket betaald; zou zonde zijn om de helft weg te gooien.

De kamconstructie had op deze manier geen enkel nut gehad; het resultaat was hetzelfde geweest als hij met zijn grote handen de hele zooi zo uit het mengbakje had opgelepeld en rechtstreeks door m’n haar had gesmeerd.

Al snel raakte ik in shocktoestand: na deze vreetzame feestdagen, die me elke hoop ontnamen om tijdig in contact te treden met een persoonlijke grote redder, volgde onherroepelijk een werkdag. Geen schijn van kans, dat ik op een fatsoenlijke manier in de openbaarheid zou kunnen treden. Tot overmaat van ramp uitgerekend op die dag ook nog een rookafspraak met een niet onaantrekkelijke arts waar ik jaren mee gewerkt heb. Die zou ik onder ogen moeten komen als een kruising tussen Geert Wilders en een Duitse stoephoer.

Het heeft me een volledig etmaal gekost om met de toestand in het reine te komen en een stuk minder lang om te beslissen dat de bos haar die ik uit liefde voor mijn ‘thuiskapper’ probeerde te laten uitgroeien tot sexy lange lokken per eerstvolgende gelegenheid danig gereduceerd zou worden.

Nu is het haar weer kort. Alleen het achterhoofd is nog bedekt met de coupe van Geert. Het duurt nog zeker zes weken voor ik de onuitwisbare laastse indruk bij de leuke dokter kan wegnemen. Gelukkig is hij bij lange na niet zo leuk als mijn eigen ‘thuiskapper’. Thuiskapper in ruste wel te verstaan.